Op een zonnige middag eind mei sprak ik Maarten Tollenaar (25) in een Ierse pub in Leiden. Een plek die in veel gevallen atypisch is voor Maarten. De ruimte is donker, een voetbalwedstrijd knalt over de speakers en het bier vloeit er ruim. Tochlei is het internationale karakter van de plek wel typerend voor Maarten. Hij is fervent Europeaan en staat bekend om de EU-speldjes die hij altijd draagt en uitdeelt aan iedereen die – in zijn ogen – iets zinnigs zegt over de Europese Unie. Deze diepgewortelde Europese identiteit wil Maarten vanaf volgend jaar in gaan zetten op het politieke speelveld. Hij maakte namelijk vandaag bekend dat hij een poging waagt om D66-lijsttrekker te worden voor de aanstaande verkiezingen voor het Europees Parlement. Een grote stap waarmee hij zich in de strijd mengt met onder andere Tweede Kamerlid Salima Belhaj.
Frouke van Dam
Europese stijl met een Nederlands tintje
Het internationale toneel is Maarten als international officer van de Jonge Democraten (JD) niet vreemd. Sinds april vorig jaar vertegenwoordigt hij de JD bij internationale congressen en partners. Dat hij het Europees Parlement in wil is dan ook geen verrassing. Wel verrassend is zijn besluit om dat als lijsttrekker te willen doen. Maarten: “Het zijn niet alleen specifieke beleidsterreinen waar het anders moet, maar ook de algemene stijl en insteek van het Europees Parlement moet beter. Er moet een visie komen die je als individuele parlementariër niet kan vertegenwoordigen. Als je een visie hebt over D66 in de Europese Unie, dan moet je dat doen in de vorm van het lijsttrekkerschap.”
Zijn jonge leeftijd ziet Maarten juist als voordeel. “De vorige keer bij de Europese verkiezingen zagen we dat de opkomst is gestegen en dat is volledig te danken aan de opkomst van de jeugd. Bij elke andere bevolkingsgroep is die gedaald, maar bij de jeugd is de opkomst met 12 procentpunt omhoog gegaan. De jeugd van Europa ziet dat Europa toekomst heeft. Ik denk dat het dan ook logisch is om daar gehoor aan te geven en dat in je lijst te laten zien.”
Maarten wordt in zijn kandidatuur gesteund door de Jonge Democraten, die zullen helpen bij zijn campagne om de Europese jeugd een stem te geven. Voorzitter Kalle Duvekot: “Een kandidaat-lijsttrekker moet veel kunnen: Hij moet inhoudelijk sterk zijn, kunnen onderhandelen, speechen, vergaderen, managen en relaties opbouwen. Bij Maarten komt dit alles samen tot een kandidaat waar wij trots op zijn en verwachten mee te kunnen winnen.”
Lijsttrekkersstrijd
Met zijn kandidatuur mengt hij zich in de strijd met al enkele (partij)prominenten. Eerder maakte Andreas Zenthofer, klimaatbeleidsmedewerker bij de Europese Commissie, en Salima Belhaj, huidig Tweede Kamerlid, al hun kandidatuur bekend. Met een geliefd en doorgewinterd politica en een oudgediende in Europa naast zich komt de vraag op waar Maarten zijn ambitie vandaan haalt. “Ik voeg een scherpe houding ten opzichte van de Europese Commissie toe. Het parlement moet van zich afbijten en er echt zitten voor het Europees belang. Die combinatie zie je niet terug bij de andere kandidaten. Ze hebben beiden hun eigen sterke punten, maar ik heb een andere visie voor wat het Europees Parlement moet doen op het gebied van deze inter-institutionele kritiek. Toen Salima zich kandidaat stelde zei ze dat ze het Nederlandse belang ging vertegenwoordigen. Ik vind dat je in het Parlement zit om het Europees belang te verdedigen, natuurlijk met een sociaalliberale visie en een Nederlandse stijl. Er zijn maar weinig mensen die zich zo Europees voelen als ik.”
Deze visie richt zich met name op grote internationale problemen, zoals de institutionele verhoudingen in Europa, digitalisering en defensie. Hij vindt dat er grote interne problemen spelen in Europa rondom de rechtsstaat, zoals in Polen en Hongarije waar het vrije woord, de rechtsstaat en de democratie onder druk staan. “Ik heb veel respect voor Ursula von der Leyen (voorzitter Europese Commissie, red.), maar haar stijl in de commissie is compleet niet wat we moeten zien. Haar stijl is intergovernmenteel; ze is er voor de lidstaten en niet voor de Unie. Dan zie je dus dat ze helaas meer bereid is om te wheelen and dealen met Polen en Hongarije als het op de fundamentele en constitutionele aard van de Unie aankomt. Daar moet het parlement superscherp op zijn. Als het parlement het niet doet, doet niemand dat.”
D66 stelde dit jaar een uitgebreid kandidatenprofiel op voor de toekomstige lijsttrekker. Door (integriteits-)problemen met beide huidige Europarlementariërs is hier ook het ‘creëren van een teamspirit in een veilige sfeer’ in opgenomen. Bronnen van NRC bevestigden dan ook dat Salima Belhaj door D66 gevraagd was zich te kandideren, om andere kandidaten te ontmoedigen. Andere kenmerken zijn onderhandelen, uitstekende communicatieve vaardigheden en een relevant netwerk en bekendheid op nationaal én internationaal niveau.
Toch ziet Maarten hier geen problemen voor zichzelf in. “Ik denk dat ik zeker voldoe op de belangrijke kern. Ik zie in dat ik niet de formele ervaring heb, maar ik heb wel ervaring met duurzaam teams leiden. Ik heb ruim twee jaar de werkgroep Europese Unie voorgezeten en begeleid frequent JD teams naar internationale congressen. Het is voor mij duidelijk dat D66 verfrissing nodig heeft. Als je alleen maar gaat vissen in de poel van mensen die al ervaring hebben opgedaan, dan heb je nooit verfrissing. Dan laat je iedereen hetzelfde pad doorlopen.” Toch heeft Maarten ook overwogen dit pad zelf te doorlopen, maar voor een plek in de gemeenteraad mist hij naar eigen zeggen de volle overtuiging en passie. “Ik leef ervoor om al mijn tijd in de Unie en het sociaal liberalisme te steken,” aldus Maarten.
Van de AIVD kerstpuzzel naar de Brusselse parlementszaal
Wie met Maarten spreekt, kan niet ontkomen aan een stortvloed aan inhoudelijke kennis. Knap, zeker voor iemand die pas in de afrondende fase van zijn bachelor zit, maar op het moment dat ik hem vraag naar de persoonlijke punten waarin zijn fractiegenoten hem aan kunnen vullen, valt hij toch even stil. Na een lange slok van zijn ginger beer, geeft hij antwoord: “Als ik in mijn eentje werk, kan ik mij soms een beetje verliezen in het werk en soms het vermogen om te relativeren verliezen. Zo maak ik elk jaar de AIVD kerstpuzzel. Het is weleens gebeurd dat ik aan het begin van de dag dat ding erbij pak en me dan om één uur ’s nachts realiseer dat ik vergeten ben te eten. Het is voor mij daarom enorm belangrijk om in een team te werken.” Toch twijfelt Maarten niet aan zijn leiderschapskwaliteiten, die hij bij de JD heeft mogen ontwikkelen. “Ik weet dat ik me in een teamomgeving, en al helemaal in een lijsttrekkerspositie, niet alleen schik naar de leiderschapspositie, maar ik er ook als individu sterker van wordt. Ik laat mensen graag floreren en zet ze aan om ambitieus te zijn en van hun talent gebruik te maken.”
Tot slot, de klassieke interviewvraag die niet mag ontbreken. Wanneer zou Maarten tevreden vertrekken uit het Europees Parlement, na vijf jaar lijsttrekkerschap? “Ik ben nooit echt tevreden. Ik ben vaak iets te kritisch op mezelf. Ik ben er beter in geworden om bij anderen te zien wat ze goed hebben gedaan, maar bij mijzelf ben ik dat niet. Ik zou blij zijn als er minder subsidies naar de veehouderij zouden gaan, er regulering komt op kunstmatige intelligentie en er stappen zijn gemaakt op institutionele kwesties.”
Bron foto: Verstrekt door geinterviewde.