“Door mijn ervaring zeg ik niet zo snel dat we het wiel opnieuw uit moeten vinden”

Juist een kritische noot waar Max Verdegaal (23) zich niet in kon vinden, motiveerde de afdelingsvoorzitter van Leiden-Haaglanden om door te willen stoten tot landelijk voorzitter. Soms doe je het bij de JD nooit goed. Het is voor de student Sociologie dan ook belangrijk dat de JD voor iedereen leuk blijft, dat de werkdruk van kaderleden onder de loep wordt genomen en dat we minder zuur naar foutjes kijken. De DEMO spreekt Max als hij nog in Groningen bivakkeert, na een bezoek aan Friesland voor zijn JD-tournee.

Richard Korpel

Wat hoor je zoal als je bij afdelingen langsgaat?

“Ten eerste dat de politieke output vergroot moet worden. Dat is door omstandigheden vorig jaar op een lager pitje gekomen. Begrijpelijk, maar daar wil ik meer op gaan zitten. En wat ik ten tweede hoor, is dat de omgang met afdelingsbesturen, kader en leden anders kan. Dat is deels communicatie, maar er moet ook gekeken worden naar minder werkdruk.”

Wat vind je het leukst aan de JD?

“Gister schreef ik in mijn OrCo-motivatie: “Elke keer dat ik een JD’er ontmoet, krijg ik daar energie van”. Ik begeef me onder gelijkgestemden en naast de inhoud is het ook gezellig; mensen kunnen zichzelf zijn. Als je bijvoorbeeld LHBTI’er bent, is de JD waarschijnlijk een fijnere plek dan Nederland in het algemeen. Die gezelligheid, gecombineerd met de politieke output, is waar mensen voor blijven.”

Waarom heb jij je gekandideerd voor landelijk voorzitter?

“Er wordt al een beetje naar je gekeken als je afdelingsvoorzitter wordt. Maar ik was eerst bang dat ik het niet goed zou doen of dat ik het niet leuk zou worden. Maar toen uitte iemand op een kaderweekend kritiek waar ik me niet in kon vinden. Diegene zei, dat ik veel controle uitoefende op mijn bestuursleden en voor hen aan het nadenken was. Het was wel erg wholesome om te horen dat al mijn bestuursleden zich daar totaal niet in konden vinden.

“Dus toen dacht ik: als je zelf het idee hebt dat je het goed doet en dan nog kritiek krijgt, kan je eigenlijk nooit meer iets gaan doen. Je kan er ook te veel over nadenken. Dus nu wil ik heel erg mijn best doen voor de vereniging volgend jaar en er volgend jaar vol voor gaan.”

We hebben aan wat bestuursgenoten gevraagd wat voor voorzitter jij bent. Het werd een vrij lang en slijmerig verhaal, maar ze zeggen dat je een democratische bestuursstijl hebt. Ze zeggen ook dat je je bestuursleden vrijlaat en zegt, dat ze hun eigen foutjes moeten maken, maar dat je goed overzicht houdt en klaarstaat om op te vangen als het misgaat. Herken je je hierin?

“Ja ik herken alles. Ik vind het belangrijk dat mensen ook de ruimte krijgen om zich te ontwikkelen. Je bent een procesbegeleider, geen directeur. Dat is ook de reden dat ik me erger aan mensen die zo naar gaan doen als er een keertje wat misgaat. De JD maakt dingen soms te groot en dan worden mensen op bestuursverantwoordingen afgefakkeld, terwijl we er toch allemaal zitten met hetzelfde doel. Kritiek is niet erg, maar je kan het ook op een andere manier brengen.”

Zitten er ook nadelen aan deze vrije en democratische bestuursstijl?

“Ik denk dat het wel werkt. We hebben bij de afdelingsvergaderingen ook bijna nooit ergens over gestemd, maar we luisteren naar elkaar en komen tot een compromis. En voor echt grote fouten heb ik mensen in mijn bestuur wel behoed, al kwam er een keer een medebestuurslid boos naar me toe omdat ze dacht dat ik dat misschien niet zou doen. Dat was niet het geval.”

Het klinkt wel een beetje alsof je een aversie tegen bevelen en dwang hebt.

“Zo! Daar heb je mij goed getypeerd. Maar daar kunnen mijn oud-voorzitters of landelijk besturen die met mij hebben gedeald over meepraten. Het komt ook omdat ik zelf niet zo hou van bevelen krijgen.”

Gaat het lukken om een heel jaar niet in situaties te komen waar je mensen moet bevelen?

“Oh nee, dat gaat gebeuren en dan doe ik het ook wel. Er is een verschil tussen ergens niet van houden en het niet doen.”

Weet je al waar je D66-speech over zou gaan?

“Ik vind dat het bij D66 en de JD te weinig gaat over hoe we bepaalde beroepen in Nederland waarderen. Bij veel beroepen krijg je veel geld, terwijl ik denk: Je verdient het niet. Terwijl vuilnismensen, verplegers en mensen in het onderwijs meer geld verdienen, maar het niet krijgen. Ik vond ‘Waarom vuilnismannen meer verdienen dan bankiers’ van Rutger Bregman heel inspirerend.”

Het thema van de papieren DEMO is krimp. Wat zijn jouw associaties bij dat woord?

“Nu we het zo over de JD hebben, denk je toch aan het feit dat we als JD aan het krimpen zijn. Dat is jammer, maar ook begrijpelijk.”

Komt er een groeiplan 2.0?

“Nee, niet een groeiplan 2.0. Ik denk wel dat het goed is om verder te bouwen op wat er nu is neergezet. Door mijn ervaring zeg ik niet zo snel dat we het wiel opnieuw uit moeten vinden, of het helemaal anders moeten gaan doen.”

Plannen

Wat is het belangrijkste dat je volgend jaar moet doen?

“Zorgen dat ik de voorwaarden creëer voor anderen om hun functie goed uit te kunnen voeren. Als ik zorg dat de secretaris kan secretarissen, de penningmeester kan penningmeesteren et cetera, dan zou het goed moeten gaan.”

Ik hoor vooral een interne focus?

“Nee hoor, absoluut niet. Je bent ook het gezicht van de vereniging en de media-kant lijkt me ook hartstikke interessant. Je hebt niet de luxe een interne of een externe voorzitter te zijn. Dat moet allebei.”

Wat moet er beter volgend jaar?

“Iets meer externe focus. Denk aan meer doen met social media, bijvoorbeeld door te kijken of we elke maand een filmpje op kunnen nemen. Ik wil ook kritischer kijken naar wat we van het kader vragen. Er wordt nu bijvoorbeeld gevraagd naar een nieuw ledenweekend te gaan en dat kost best veel tijd. Ik wil ook kijken naar de mogelijkheden van het lustrumjaar en de ervaring van de lustrumcommissie goed benutten. En: Communicatie en vraaggericht werken. Alles en iedereen die niet LB is, zou ik eigenlijk willen benaderen of zij nog vragen hebben over wat we doen”. Of je geeft ze een maandelijkse update.

Want daar ontbreekt het nu aan?

Stilte. “Ja, daar ontbreekt het nu aan. Maar als ik iets graag in het interview duidelijk wil maken, is dat het niet aan mij is om een recensie van dit bestuur te geven. Er gaan dingen mis. Als ik volgend jaar bestuur doe zullen er ook dingen misgaan. We hebben de neiging het alleen daarover te hebben, maar er gaan ook een hoop dingen goed.”

Persoonlijk

Hoe zou een bestuur met alleen maar klonen van jezelf eruitzien?

“Heel strak geregeld en iedereen is netjes op tijd. Maar ik denk wel dat het weinig creatief zal zijn. Ik was dit jaar heel blij met iemand als Joanne (afdelingsbestuurslid Profilering, red.) die wel creatief is.”

Wat is je meest cancelbare mening?

“Er zijn dingen gezegd in de quotes-app waar ze bij Vandaag Inside ook om zouden kunnen lachen. Binnenskamers kan dat, bij een ALV natuurlijk niet.”

Met welke politicus zou je een dag willen ruilen?

“Ik zou het wel vet vinden om politiek assistent van Sigrid Kaag of Mark Rutte te zijn. Je zit dicht op de politiek, zonder dat je ondertussen in de Volkskrant voor heks uitgemaakt wordt.”

Als JD-voorzitter kan je natuurlijk ook op Geenstijl belanden.

“Ja oke, maar er is wel een verschil. Het lijkt me leuk om een debat te doen en ik zal echt wel volgend jaar op TV en in de krant komen. Maar het moet wel heel raar lopen wil er een gek met een fakkel voor mijn huis staan.”

Liever reality-tv of een Tweede Kamerdebat?

“Tweede Kamerdebat. Ik had het er van de week over met Elise en Julia dat er reality-tv over de politiek moet komen. Over de formatie bijvoorbeeld.”

Wat onderscheidt jou van Floris, je tegenkandidaat?

“Ervaring. Maar dat is wel duidelijk denk ik; ik loop hier al lang rond. Wat minder duidelijk is, is dat dat ertoe leidt dat ik misschien iets meer onderneem. Dat als er iets gebeurd, bijvoorbeeld met sociale veiligheid, ik meer ‘bam-bam-bam’ doorpak. En ik denk dat Floris iets meer een denker is. Maar niets dan goeds over Floris, want het is een toffe gast.”

Wanneer is het jaar voor jou geslaagd?

“Ten eerste als de leden zien dat wij ons best hebben gedaan en dat de sfeer goed is. Ten tweede als mijn bestuursleden het leuk hebben gehad. Het blijft een vrijwillige functie. Ik klink misschien een beetje alsof ik helemaal niet ambitieus ben. Ik realiseer me dat leden ook willen horen dat er resultaat komt en ik ben ook zeker ambitieus. Maar het blijft de JD, het is niet alsof we het land gaan besturen.”


Bron foto: Verstrekt door geinterviewde.

Geef een reactie