Wat is het toch eigenlijk heerlijk om een Jonge Democraat te zijn. Op onze congressen en in onze appgroepen hebben we het over de grootste, maar ook de meest niche onderwerpen: diplomatieke spanningen tussen verre landen X en Y, of je wel of geen soep over een Vermeer mag gooien, of over de staatsrechtelijke positie van het koningshuis. Tegelijkertijd gaande in onze eigen steden en dorpen: stijgende kinderarmoede, schending van kinderrechten in het lokale AZC of woekerende wachtlijsten in de GGZ. Hebben wij als politiek betrokken jongeren, met toegang tot de de facto tweede machtspartij van Nederland, niet de plicht om vaker eens iets te doen aan de échte problemen van onze generatiegenoten?
Jelrik Westra
Maar iets doen, écht iets proberen te bereiken in de politiek, kan doodeng zijn. Waar moet je in hemelsnaam beginnen, en wat als het fout gaat? Voor die politiek bewuste jongere die aan verandering wil werken, maar nog niet weet hoe, hebben activisten en campagnestrategen Esther Crabbendam en Eline Peters het Handboek voor de Jonge Rebel samengesteld. 256 pagina’s aan informatie over hoe jij politieke acties en campagnes op touw zet. Of, in de woorden van Crabbendam en Peters: “het boek dat wij zelf hadden willen lezen toen we voor het eerst aan de slag gingen met acties en campagnes voor een betere wereld.”
Activisme in de praktijk
Handboek voor de jonge rebel is boven alles – zoals een goed handboek betaamt – overzichtelijk, en neemt je mee langs de verschillende stappen die binnen actievoeren te zetten zijn. Net van start en benieuwd naar hoe je het beste kan beginnen? Start dan bij hoofdstuk 1 en 2, die je helpen om een inspirerend en haalbaar plan de campagne op te stellen. Ben je al wat verder met je campagneplan, en ben je bijvoorbeeld vooral benieuwd hoe je bijvoorbeeld een goede actie organiseert? Hoofdstuk 6, dat ingaat op de dilemma’s rondom timing, locatie en organisatie van een goede protestactie, is dan voor jou.
Ik kan mij goed voorstellen dat afdelingsbestuurders dit boek graag bij de hand zullen houden bij het uitwerken van de volgende ludieke actie of bij het schrijven van het nieuwste opiniestuk.
Als Jonge Democraat zal deze activistische inborst van Voor de jonge rebel je wellicht de rillingen over je rug doen lopen. Maar ook de meest tevreden liberalen en meest geprivilegieerde partijsoldaten van onze club in het preutse politieke midden kunnen wat opsteken van Crabbendam en Peters. Bijvoorbeeld met de hoofdstukken over politieke lobby en de omgang met pers, die niet zouden misstaan in leerboeken voor beginnende lobbyisten en ander schuim der aarde. De beginnende lobbyist, welteverstaan: deze hoofdstukken bieden een goed startpunt voor politieke beïnvloeding, maar missen info over taaiere, maar wezenlijke vraagstukken in lobbyland. Denk dan aan stakeholder management, of wanneer je precies moet toeslaan bij een ondoorzichtig proces als een wetswijziging of begrotingsbehandeling.
Hoe dan ook zijn Crabbendam en Peters in hun schrijven lekker concreet. Ze nemen je mee in de belangrijkste communicatiemodellen die zij in hun werk (o.a. Bits of Freedom en DeGoedeZaak) gebruiken, maar weten je ook op detailniveau de belangrijkste tips mee te geven. Bijvoorbeeld: let op toegankelijkheid bij je acties, gebruik #’s wel op Instagram, maar niet op Twitter en ken het verschil tussen een persbericht en een persuitnodiging! Dat maakt Voor de jonge rebel dan ook tot een daadwerkelijk handboek: Ik kan mij goed voorstellen dat afdelingsbestuurders dit boek graag bij de hand zullen houden bij het uitwerken van de volgende ludieke actie of bij het schrijven van het nieuwste opiniestuk.
Informeren en inspireren
Tot zover weet Voor de jonge rebel de belofte waar te maken, maar het handboek onderscheidt zich van vergelijkbare Voor Dummies-boeken aan de hand van tien ‘rebellen’, die aan de hand van hun eigen ervaringen kleur geven aan de tips van Crabbendam en Peters. Het zijn stuk voor stuk figuren die, ondanks hun jonge leeftijd, recent politieke impact maakten of de toon hebben gezet in de media. Onder meer Alina Danii Bijl (FNV Jong en NietMijnSchuld), Sander van der Kraan (Woonprotest) en Devika Partiman (Stem op een Vrouw) weten te inspireren met de stappen die zij hebben gezet en de lessen die zij leerden tijdens hun activistische avonturen. Wel moet gezegd worden dat de rebellen van Crabbendam en Peters alle tien een duidelijk landelijk profiel hebben, wat hun verhalen wellicht minder herkenbaar maakt voor jonge hemelbestormers die dichter bij hun eigen huis willen beginnen.
Voor de jonge rebel weet dus niet alleen te informeren, maar ook te inspireren. Met een vriendelijk prijskaartje van 18 euro hebben Crabbendam en Peters een toegankelijke introductie in politieke campagnes op papier gezet, waarmee ook jij, ongeacht politieke ervaring, de deur kan openslaan van de zolderkamer naar de straat. Een aanrader dus, voor wie op ons volgende congres nog niet tevreden is wanneer zijn motie alleen wordt aangenomen, maar pas wanneer deze werkelijkheid is.
Door: Jelrik Westra
Titel: Handboek voor de Jonge Rebel
Auteurs: Esther Crabbendam en Eline Peters
Uitgeverij: Blossom Books
Pagina’s: 256
Winkelwaarde: 17,99