‘’Het roer om; bouwen aan een nieuwe toekomst’’. Het was een toepasselijke slogan voor een zomercongres in Rotterdam; een havenstad die na de tweede wereldoorlog ook het menige heeft moeten opbouwen. Natuurlijk is de JD bij lange na niet in een vergelijkbaar verval als het Rotterdam van 1945, desalniettemin werd tijdens het zonnige weekend niet helemaal duidelijk in hoeverre het roer nou daadwerkelijk omgaat.
Richard Korpel
Het congres in het Witte de With-theater begon met een openhartig voorwoord van voorzitter Joris Hetterscheid over, onder andere, het belang van praten over mentale gezondheid. Na een Q&A met Rotterdamse fractievoorzitter en ‘pragmatisch filosoof’ Chantal Zeegers was het al snel tijd voor de bestuursverantwoording. Daarbij werden kritische vragen over landelijke ondersteuning en aanwezigheid bij lokale afdelingen, afgewisseld met vragen over waarom de JD-dassen zo griebuslelijk zijn (nog 55 op voorraad, wees er snel bij!) en (succesvolle) pogingen om een JD-dinosaurus ondanks zijn leeftijd toch het JD-feest binnen te krijgen.
Geholpen door de zon, en een lunch die zowaar eens niet leek op die van Penitentiaire Inrichting Middelburg, zat de sfeer er sowieso het hele weekend goed in. Ook bij het feest, waar de kosten van dure marine-kostuums konden worden gecompenseerd met goedkoop bier, bleek dat er niets boven een fysiek congres gaat. Dat heeft het congresteam weer fantastisch neergezet, waarvoor hulde.
Politieke inhoud
Overdag stond echter vooral de inhoud centraal. Zo stemden de JD over Oekraïne en Gronings gas, maar ook over het gratis maken van het OV en het meer belasten van vermogen. Wel bleek dat JD-congressen, waarbij ditmaal slechts acht van de 51 moties door een vrouw werd ingediend, nog steeds gebukt gaan onder de ‘’Thomas-terreur’’ (die zich ditmaal zelfs via olijke spraakberichten manifesteerde). De gekscherende term doelt vooral op de usual suspects (witte mannen) die het leeuwendeel van de voorstellen indienen. Inspreken als nieuw lid werd dan ook van harte toegejuicht. Sowieso zullen mensen die de grote zaal niet hebben afgewisseld met parallele sessies of de stadswandeling, op het einde van de dag hun handen blauw hebben geklapt. Nergens was dat erger dan bij de resoluties over diversiteit en filosofie, die beiden unaniem werden aangenomen.
Gelukkig vinden JD’ers altijd wel iets om iets van te vinden en zo werden er op de valreep nog actuele voorstellen behandelt over kernenergie, het stikstofbeleid en dickpics
Met ingekorte spreektijden werd vervolgens geprobeerd de onvermijdelijke uitloop van het verkiezingsblok te vermijden, maar die vermijding werd juist vermeden, mede doordat er weer talloze JD’ers naar voren kwamen om zinvolle (/zinloze) vragen te stellen. Het maakte verder niet uit, ook omdat er op het eind zelfs nog tijd gerekt moest worden. Gelukkig vinden JD’ers altijd wel iets om iets van te vinden en zo werden er op de valreep nog actuele voorstellen behandeld over kernenergie, het stikstofbeleid en dickpics.
Hard time voor parttime-bestuursleden
Uiteindelijk werden alle bestuursleden zonder tegenkandidaat gekozen, waarbij wel kritische kanttekeningen werden geplaatst over de mate van commitment van de twee kandidaten met een fulltimebaan. De diversiteit moet, wederom, vooral komen van het leeftijds- en ervaringsverschil. Het enige waar echt iets te kiezen was, betrof het bestuurslid politiek. Uiteindelijk verkoos het congres de interne focus van Michiel van Alst boven het meer externe focuspunt van Evert Manders om flink kritischer tegenover D66 te staan.
Kritiek op D66 was er sowieso genoeg, zelfs met Rob Jetten op de eerste rij. Die riep op, om de congresspeech van de JD voorzitter, waar D66’ers nog wel eens gepikeerd op reageren, vooral niet teveel af te stemmen. Toch haastte iedereen zich om te zeggen dat we niet het kind met het badwater weg moeten gooien. Het was ‘schoppen’, maar wel altijd op de bal.
Dan resteert de vraag wat er nu echt van de grote woorden van ”het roer om” terecht gaat komen. Er kwamen toch weinig harde plannen uit het verkiezingsblok en ook de bekende JD-cliches als ‘’Daar wil ik best naar kijken’’ moeten congresrecidivisten met de bingokaart in de hand toch bekend in de oren hebben geklonken. Het nieuwe bestuur maakt een gedegen indruk, en het kort-maar krachtige slotwoord van kersverse voorzitter Kalle Duvekot zwengelt vertrouwen aan. Maar of het nu volgend jaar bruggen bouwen, breken of toch weer onderhouden wordt? We steken die brug wel over als we er zijn.
Bron foto: verstrekt door het landelijk bestuur.