Jonge Democraat in elke Gemeenteraad #5: Sander van den Berg (25)

In de laatste editie van ‘’Jonge democraat in elke Gemeenteraad’’ verlaten we (eindelijk) de randstad om Sander van den Berg (25, plek 5) aan de tand te voelen over zijn plannen voor Epe. Niet lang geleden gaf de gemoedelijke Gelderse dorp het gemeentebestuur nog een één. Het voordeel is wel dat de verkiezingen leven, en dat Sander ook lopend tussen de supermarktschappen door de gemeenschap wordt aangesproken voor een gesprek. ‘’Het kan alleen maar beter’’.

Richard Korpel

Waar zou de gemiddelde Randstedeling zich over verbazen als ze zich in Epe begeven?

Het is best een toeristisch dorp, met een bepaalde kern van eigen inwoners. Maar het bijzondere is ook wel de mentaliteit. Het is hier meer leven en laten leven. Minder hard. Heel beschaafd ook.

Wordt de raad dan ook zo’n gespreid bed?

Nee, dat juist niet. We hebben best wat bestuurlijke ellende gehad, vooral met betrekking tot de WOB. Een wethouder zei letterlijk in een openbare vergadering: ‘’Af en toe moet je ook je Whatsapp-berichten verwijderen, anders worden ze opgevraagd.” Het is wel een rare gewaarwording om een wethouder van een andere partij dan bij Zondag met Lubach te zien. Het gemeentebestuur kreeg op in een enquête zelfs een één van de bevolking.

De bestuurlijke crisis omslaat nog wel meer dan dat, de sfeer is best wel verziekt geweest. Maar nu in de campagne zien de meeste partijen dat het een stuk beter moet en draait het bij. Rancune komt de inwoners niet ten goede. We hebben wat dat betreft wel een luxepositie. Onze lijsttrekker zegt altijd dat we niet van de coalitie of oppositie zijn, maar van de compositie. Dat dragen wij ook uit en daardoor kunnen we overal onbevangen naar kijken en afgewogen sturen op wat we willen.

Nu sta je op plek vijf op de lijst. Hoe is dat zo gekomen?

Ik ben lokaal begonnen bij Gemeentebelangen, maar ik wilde meer impact maken. D66 kwam uit de kieswijzer en het hielp ook wel dat ik aardig van Alexander Pechtold gecharmeerd was als politicus in die tijd. Bovendien kun je bij de congressen ook goed in gesprek over de landelijke koers. Nu ben ik drieënhalf jaar actief. Voor de verkiezingen heb ik me als jongerenkandidaat geprofileerd, omdat het belangrijk is jongeren betrokken te houden. Maar plek vijf is mooi, omdat het ook de ruimte geeft een voorkeurscampagne te voeren uit eigen initiatief. Die ruimte ligt me wel.

Beetje een underdogpositie?

Ja, het is ideaal want je staat niet heel nadrukkelijk onder de aandacht, maar je kan onder de radar werken op basis van je eigen ideeën. We hebben momenteel twee zetels en we verwachten lichte groei, maar ik hoop natuurlijk op vijf zetels.

Ik wil laten zien: wat ik kan, kan jij ook

Waarom heb je je besloten te kandideren?

Vanwege de jongeren, die worden te weinig gehoord. Zeven procent van de raadsleden zijn jongeren en dat staat niet in verhouding tot de bevolking. Terwijl de jeugdzorg onder druk komt te staan en de woningnood en klimaatverandering een grote impact hebben op de toekomst. Ik wil laten zien: wat ik kan, kan jij ook, en mensen aanmoedigen zich ervoor in te zetten.

Dit benadrukt heel erg het plichtsbesef. Heb je er persoonlijk ook zin in of is het dan meer: iemand moet het doen?

Nee, ik voel me ook wel als een vis in het water hoor. Ik heb een sterke mening en kom er ook wel voor uit. Politiek vond ik altijd al interessant.

Heb je nog meer meningen voor in de raad straks?

Vooral op de grote thema’s zoals klimaat. Zo willen we de dorpsbeek bovengronds halen om overlast door piekbuien te voorkomen. En de beken meer laten meanderen. En in tegenstelling tot de landelijke D66 lijn willen we hier geen windmolens in de gemeente, maar inzetten op zonnepanelen.

Verder val ik hiermee in de herhaling, maar ik wil de jongeren dus echt meer betrekken. Ook in de vorm van een jongerenadviesraad, met adviezen waarbij je, net als bij een rekenkamer, als bestuur moet motiveren waarom je het advies eventueel naast je neerlegt. We moeten dan ook echt jaarlijks de middelbare scholen langs om jongen op te porren. Je moet ze eerst betrekken voor ze geïnteresseerd raken. Het zijn nu de ouderen die beslissen, maar jongeren moeten de toekomst in eigen hand nemen.

Wonen

Hoe profileren jullie je op dit thema?

Wonen is belangrijk, maar we hebben natuurlijk met het stikstofprobleem te maken. We kunnen best flexibel zijn in de bestemmingsplannen. Je kan ook denken aan tijdelijke starterswoningen op braakliggende stukken grond. We kunnen zelfs twee vliegen in één klap slaan als we dat doen op landbouwgrond, uiteraard in overleg met de boer.

Hebben jullie nog meer punten?

We willen ook kijken naar andere mogelijkheden, zoals woningsplitsing, zodat je van een eigen verdieping een plek voor jezelf kan maken. Een andere mogelijkheid is een ‘knarrenhof’; een soort mini-samenleving van ouderen die met elkaar kunnen leven. Dit helpt ook tegen de eenzaamheid onder ouderen. Voor het buitengebied ambiëren we tiny houses, Co2 neutraal gebouwd van hout.

Creatief, is er veel animo voor dat soort dingen?

Dat weet ik niet, dit is wel in een brede context gedacht. We gaan ook graag het gesprek aan waar de behoefte ligt. Of de starter een studio wil of toch liever een woning met een tuintje; dat bepaalt mede naar welke mogelijkheden we kijken.

Campagne

Eigenlijk vind ik het belangrijker dat mensen überhaupt gaan stemmen, en – in het verlengde daarvan – op een jong iemand stemmen, dan per se op mij.

Je zei dat je veel persoonlijke campagne voert. Hoe krijgt dat vorm?

Met name via Social Media; Instagram en LinkedIn. Met twitter ben ik even gestopt toen ik een groep vervelende mensen achter me aan kreeg. Dat hoort er maar bij denk ik dan.

Waarover?

Er werd bekendgemaakt dat Forum voor Democratie hier mee zou gaan doen en ik toen heb ik gezegd: voor racisme, homohaat, discriminatie en dat soort ongein is in onze gemeente geen plaats. Dat wordt dan meteen opgevat alsof ik ze uitsluit. Dan worden er nazisymbolen gestuurd. Dat moeten ze zelf weten, maar ik wil zelf wel in de positieve sfeer blijven. Ik ga uit van: hard op de inhoud, zacht op de persoon. Racisme, homohaat en discriminatie passen daar niet tussen. Voor het overige sluiten wij op voorhand niemand uit. Maar het kan zijn dat we op de inhoud zo ver uit elkaar liggen, dat een samenwerking er niet in zit. En dat is okay, want iedereen heeft recht op een eigen mening.

In de raad is de sfeer denk ik ook niet altijd positief. Hoe wil je dat verbeteren?

Door met een open blik te kijken. Samenwerking kan zijn: we dienen samen een motie in. Maar ook: het is een goed voorstel dus we zijn voor. Om vergaderingen tot middernacht te voorkomen, wat weleens gebeurt, zou het ook mooi zijn als partij A. niet steeds het standpunt van partij B. in andere woorden herhaalt, maar gewoon toegeeft: ‘’helemaal mee eens’’.

Eigenlijk wil ik vooral naar de inwoners toe de relatie weer herstellen, door hen centraal te zetten. Die één kwam vooral voort uit het gevoel dat er niet geluisterd werd. Wat je met input doet is een politieke afweging en daar moet je transparant over zijn. Maar het begint met luisteren.

Word je veel aangesproken in je gemeente?

Ja, tijdens het boodschappen doen, of als ik op een terrasje zit. Dat hoort erbij. Sterker nog: dat is hoe ik gemeentepolitiek voor me zie. Niet op afstand, maar tussen de mensen. En als insteek bij die gesprekken vind ik het eigenlijk belangrijker dat mensen überhaupt gaan stemmen – en in het verlengde daarvan – op een jong iemand stemmen, dan per se op mij.

Staan er nog meer dingen op de planning?

We zijn een kroegentocht ingegaan in de dorpskernen en we gaan natuurlijk nog de markten op. En dus op de socials echt de uitgestoken hand: waar zit je mee? Welke thema’s verdienen de aandacht? Verder zijn er met dank aan Epicentrum en andere maatschappelijke organisaties weer debatten, en dat is een goede zaak.

We naderen het einde, maar nog één keer: hoe is het nou precies afgelopen met die één voor het gemeentebestuur?

De wethouder is uiteindelijk opgestapt om onder meer die WOB-uitspraak. Zijn opvolger stapte ook al snel op en incasseerde weer wachtgeld. Dat heeft deels tot die ‘’1’’ geleid. Plus dat er niet goed naar de inwoners werd geluisterd. Het is wel belangrijk om daarbij op te merken dat er ook veel dingen wel goed gaan in onze gemeente.

Toch kan het de komende jaren alleen maar omhoog.

Dat biedt me gek genoeg ook hoop. Het is een bijzondere tijd geweest, maar het kan alleen maar beter. Ik hoop daar straks mijn bijdrage aan te leveren.

Sander van den Berg (25) staat op plek 5 bij D66 Epe (32.000 inwoners). Na een opleiding Mbo personeel en arbeid voltooid te hebben, rond hij deze zomer zijn opleiding Hbo rechten af. Daarnaast werkt Sander als juridisch medewerker bij de gemeente Apeldoorn, met hopelijk straks het raadswerk ernaast. 

Bron foto: Verstrekt door de geïnterviewde.


Geef een reactie