Overheid aan de knoppen van de kernreactor

Sinds 2018 is er een kanteling ontstaan in de visie op kernenergie binnen het politiek bestel. Waar voorheen enkel nog de rechts-liberale partijen enigszins sympathiek waren tegenover kernenergie, blijkt reeds in 2021 dat veel verkiezingsprogramma’s van onder meer D66, Volt en zelfs GroenLinks inzien dat deze energiebron van groot belang is voor Nederland. 

Sebastian Cornielje

Ook de Tweede Kamer is aan boord, eind 2020 stemde ze in om onderzoek te verrichten naar kerncentrales in Nederland, wat een aantal jaar geleden nog een ondenkbaar voorstel was. Deze trend schijnt tegelijkertijd onvoldoende licht op de lastige rol die de overheid speelt in het realiseren van zelfs een enkele kerncentrale. Een wirwar van beleidsafwegingen, de politieke realiteit en zelfs het klimaatakkoord kunnen namelijk een bende van obstakels vormen.

Terechte tegenspraak op het klimaatakkoord

Het is geen nieuws meer dat de CO2 -uitstoot in de wereld binnen circa 10 jaar ervoor gaat zorgen dat de aarde met ongeveer 1,5 graad zal stijgen, wat grote gevolgen zal hebben op het klimaat. We hebben volgens het IPCC (Intergouvernementele Werkgroep inzake Klimaatverandering) nog ongeveer 570 miljard ton CO2 uit te stoten tot het zo ver is, daarna zal het smelten van de poolkappen, verbleken van koraalriffen en de permanente verwoesting van ecosystemen een feit zijn.  

De drang naar alternatieve, meer specifiek duurzame energiebronnen draagt met zich mee dat het ongepast zou zijn om nu al een energiebron als kernenergie af te schrijven. Kernenergie is namelijk niet een recent verzinseltje dat gestoeld is op weinig feitelijkheden. Er is, in tegenstelling tot  zonne- en windenergie, een uitbundige hoeveelheid data over kerncentrales, waarbij de eerste grote projecten in landen als Frankrijk in de jaren ‘80 van start gingen. Sinds die tijd is de technologie rondom kerncentrales verbeterd, zo zijn de centrales veiliger, duurzamer en zelf goedkoper, mits ze in grote hoeveelheden worden geplaatst. 

In het licht van het voornoemde is het op zijn zachtst gezegd merkwaardig dat binnen het klimaatakkoord geen woord toegewijd is aan deze energiebron.

Het Internationale Energieagentschap heeft eind 2020 een rapport opgesteld waaruit blijkt dat kernenergie samen met waterkracht zelfs de meest kostenefficiënte energiebronnen zijn. Ook uit een voor de Nederlandse overheid opgesteld rapport van KPMG uit 2021 blijkt dat marktpartijen een positieve blik hebben op kernenergie, echter wordt dit geremd door de houding van de overheid. Om marktpartijen de stap te laten maken en te investeren in kernenergie hebben ze zekerheid nodig in de vorm van subsidie en garantstelling in de vorm van een investering door de overheid zelf, alsook duurzame wetgeving en beleid.

In het licht van het voornoemde is het op zijn zachtst gezegd merkwaardig dat binnen het klimaatakkoord geen woord toegewijd is aan deze energiebron. Biomassa, zon en windenergie zijn daar het devies. Om te proberen deze keuze te kunnen begrijpen is het dus eveneens van belang om naar de alternatieve duurzame energiebronnen te kijken.

De competitie

Te beginnen bij de gas- en biomassacentrales. Door middel van CSS -Carbon Capture Storage- kan in Nederland CO2 uit hoogovens afgevangen worden en in de zeebodem worden geïnjecteerd. Deze methode voorkomt dat de COin de lucht belandt. Daartegenover staat wel dat deze methode in de kinderschoenen staat, subsidies zijn summier en de pijpleidingen om de injecties te realiseren zijn nog niet aangelegd, hetwelk tevens een aanzienlijk bedrag gaat kosten.

Zonne- en windenergie zijn veelbelovende energiebronnen waar veel landen hevig in hebben geïnvesteerd, met succes welteverstaan. Zo blijkt uit de cijfers dat de zogenoemde “learning rate” van deze twee energiebronnen in verhouding het hoogste zijn. Zo is de learning rate van bijvoorbeeld windmolen op het land 23%, wat betekent dat de kosten per megawatt van 86 dollar in 2010 daalden naar 53 dollar in 2019. 

Dit is dan weer een enorm voordeel van kernenergie, het is volledig onafhankelijk van weer.

Indrukwekkend. Wat meestal wel vergeten wordt om bij de kosten mee te tellen zijn de kosten voor netaansluiting, netverzwaringen, ruimtegebruik, hoogspanningsleidingen, transformatorstations, etc., etc. Dit bleek uit een rapport in 2020 dat het Weense onderzoeksbureau ENCO in opdracht van de Nederlandse overheid opstelde. Zonne-en windenergie is naast een duurzame ook een dure bezigheid, ook als men de voornoemde kosten in de prijs per megawatt zou inbrengen doet dat niet af aan een nog grotere kostenpost, namelijk het feit dat zowel het weer als de vraag invloed hebben op de energievoorziening en zorgt voor pieken en dalen.

Deze pieken en dalen zorgen ervoor dat windturbines soms gestopt moeten worden en op andere momenten, bijvoorbeeld door het weer, een alternatieve bron gebruikt moet worden als deze duurzame bronnen geen of te weinig energie geven, teneinde stroomstoringen te voorkomen. Welke alternatieve bron wordt in dit geval dat gebruikt? De CO2-uitstootveroorzakende koploper: Gas. Om deze schommelingen te bestrijden zou er een hoogspanningsnet door heel Europa moeten lopen dat tussen de 100 en 400 miljard euro gaat kosten. 

De stokpaardjes voor deze angsthazen zijn veelal Tsjernobyl en Fukushima.

Dit is dan weer een enorm voordeel van kernenergie, het is volledig onafhankelijk van weer. En doordat het benodigde metaal uranium goedkoop is en zelfs door nieuwe technologieën uit zeewater gewonnen kan worden, betekent dit ook dat Nederland meer autonomie heeft met betrekking tot haar energievoorziening.

Naast het feit dat ruimtegebruik een kostenpost is voor zonne- en windenergie, brengt het ook nog andere kosten met zich mee, te kennen landschapsvervuiling, niemand wil ze in hun achtertuin. Veel ecologen scharen zich achter het idee dat CO2-uitstoot bestrijdt kan worden door herplanting, echter door de enorme hoeveelheid land die zonne- en windenergie in gebruik nemen, kan dit niet altijd.

Kortom, het ontbreekt ook de lievelingetjes van de energietransitie aan bepaalde kwaliteiten. Zo zijn de kosten en efficiëntie van de energiebronnen niet zo zaligmakend als velen denken. Ook qua tijd zijn zonne- en windenergie niet zo ver voor op kernenergie, daar de installatie op grote schaal ook decennia kan duren om te voltooien.

Geen sprookje

Natuurlijk hangen er ook nadelen aan kernenergie, zo maken de gigantische startkosten van een energiecentrale het project zeer staatsafhankelijk, zowel met betrekking tot subsidies als de kostendekking voor de centrales die de overheid zelf plaatst. Dit is een risico dat minder groot is dan bij zonne- en windenergie bijvoorbeeld. 

Ook de taboes rondom kerncentrales maken het een misse investering voor velen, dit kan echter snel neergesabeld worden. De stokpaardjes voor deze angsthazen zijn veelal Tsjernobyl en Fukushima. De meltdown in Tsjernobyl is veroorzaakt door een verouderde kerncentrale die tevens slecht onderhouden was, een dubbel risico wat makkelijk voorkomen kan worden met de huidige technologie, zo ook de strikte EU-wetgeving. De catastrofe in Fukushima veelal te wijten aan de tsunami eerder dan de kerncentrale. Door de kerncentrale zijn nauwelijks tot geen mensen omgekomen namelijk.

Een onvermijdbaar nadeel is het kernafval.

De duur is een andere kwestie die een grote rol speelt in het eindbesluit om een kerncentrale te plaatsen, zeker in het licht van de 1,5 graad verhoging die steeds dichterbij komt. China denkt daar echter anders over, in 2018 zijn namelijk zeven nieuwe kerncentrales gestart met een bouwtijd van nog geen zeven jaar, daarnaast blijkt uit het verleden dat Frankrijk door het grote aantal centrales dat ze liet bouwen de kosten relatief laag heeft weten te houden. Ook uit een onderzoek van Barry W. Brook uit 2015 blijkt dat het met voldoende steun vanuit de overheid mogelijk is een gehele staat duurzaam te maken met kernenergie binnen ongeveer tien jaar.

Een onvermijdbaar nadeel is het kernafval. Hoewel het niet van zodanige ernst is dat het kernenergie van de tafel afblaast, is het wel degelijk een probleem zonder goede weerlegging. Er zijn meerdere risico’s aan verbonden, zo is er een dreiging van kernwapens indien het niet in staatsbeheer blijft en een dreiging van gezondheidsrisico indien het kernafval niet goed wordt opgeslagen. 

Hierdoor ontstaat er meer ademruimte met oog op het broeikaseffect en kunnen we langzaam overgaan naar zonne- en windenergie, alvorens de kerncentrales afgebroken moeten worden. 

Als laatste blijkt de politieke realiteit al vanaf de jaren ‘80 in Nederland een probleem. Al bij de eerste kerncentrales was Nederland sceptisch over de bijkomende gevolgen, waardoor de bron van energie nooit echt serieus is genomen. Er is zoals gezegd echter een opmars van optimisme tegenover kernenergie binnen de politiek, zelfs vanuit links.

Oplossing

Een kerncentrale gaat ca. zestig jaar mee. Zoals gezegd blijkt uit onderzoek van Barry W. Brook dat, indien de overheid een groot project financiert om meerdere centrales te maken, het mogelijk is om heel Nederland op kernenergie te laten lopen binnen ongeveer tien jaar. Hierdoor ontstaat er meer ademruimte met oog op het broeikaseffect en kunnen we langzaam overgaan naar zonne- en windenergie, alvorens de kerncentrales afgebroken moeten worden. 

Een alternatief is om kernenergie toe te passen als bodem voor onze energievoorziening. Zoals gesteld wordt er momenteel gebruik gemaakt van gas tijdens de pieken en dalen van duurzame energiebronnen, als we kernenergie hiervoor gebruiken zit er minder druk op het hoogspanningsnet dat door heel Europa getrokken moet worden.

Conclusie

Politiek realisme blijkt doorslaggevend in deze kwestie, dit beamen ook veel hoogleraren die zich op het gebied van energie en politiek hebben bekwaamd, waaronder Gert Jan Kramer, hoogleraar duurzame energieopwekking aan de Universiteit Utrecht. Kosten en gevaar zijn niet het probleem, de rol van de overheid is essentieel in de opmars van kerncentrales. Deze moet een houdbare en zekere situatie faciliteren voor marktpartijen, duurzaam beleid realiseren, subsidie gaan verstrekken, alsook zelf investeren. Vooralsnog is er veel verdeeldheid en discours omtrent kernenergie, maar er klinkt tenminste een positiever geluid vanuit beide flanken.


Omslagfoto: De kerncentrale van Doel aan de Schelde. Bron: Mick Truyts via Unsplash.

Geef een reactie