Op zijn eerste congres werd nog geprobeerd om een kat tot penningmeester te kronen, maar de kandidatuur van Gijs Toussaint (20), huidig afdelingssecretaris in Utrecht, is uit serieuzer hout gesneden.
Richard Korpel
Met een bachelor Geschiedenis en Internationale betrekkingen grotendeels voltooid wil hij zich volgend jaar inzetten voor de nieuwe functie extern. Aangezien het woordvoerderschap ook onder die functie valt, was het een mooie gelegenheid hem alvast voor te bereiden op zijn eventuele verkiezing, met wat valse vergelijkingen en sturende vragen. ‘’De JD is inderdaad een leerschool, maar vooral voor gemeentepolitiek en nog te weinig op internationaal vlak’’.
Secretaris is wellicht de meest interne functie, en nu ga je juist voor de externe functie. Waarom heb je je daarvoor gekandideerd?
Ik ben lid sinds 2018, maar qua actieve leven ben ik een beetje een corona-baby. Toen ik afdelingsbestuur ben gaan doen heb ik een heel jaar op Zoom gezeten, maar ik vond het nog steeds echt superleuk. Ik heb heel veel geleerd en veel leuke mensen leren kennen en daarom wil ik graag actief blijven. Verder klopt het dat de functies verschillen, maar ik heb als secretaris niet alleen secretaris-taakjes gedaan. Ik had de vrijheid om heel veel dingen op te pakken en merkte dat de dingen die ik het leukst vond, het meeste aansloten op de functie extern. Het is een stuk politieker en daar hou ik van. Het schrijven spreekt mij ook ontzettend aan. Ik doe ook veel redactioneel werk in tijdschriften via mijn studie. Kortom; toen ik dat nieuwe functieprofiel doorlas dacht ik: dit sluit precies aan op mijn interesses.
Wat neem je mee uit die eerdere redactionele ervaring bij het coördineren van politieke output?
Ik doe dan zowel droger, taalkundiger werk als meer creatieve output en ik merk dat ik het ontzettend leuk vind om ontwikkeling te zien bij mensen die nog niet heel veel gedaan hebben met schrijven. Bijvoorbeeld door aan te geven; dit kan nog net iets scherper, of dit kun je veranderen. Maar als ze zich hun eigen stijl aanmeten, komen daar altijd de mooiste dingen uit.
Welke vaardigheden moet een goed bestuurslid extern volgens jou bezitten?
Ik denk dat een goed bestuurslid een faciliterende persoonlijkheid heeft in relatie tot zowel het FEO als in relatie tot bestuursgenoten. Maar het is ook belangrijk faciliterend te zijn voor alle leden. Als iemand een hele goede motie heeft waar we iets mee moeten, of een idee voor iets dat ze in de pers willen zetten, dan wil ik dat ook kunnen faciliteren. Afgelopen jaar zag je al dat de media- en woordvoerderstraining ook voor niet-kader beschikbaar was. Een goede ontwikkeling; dat wil ik ook doorzetten. Verder moet je natuurlijk tijd en motivatie hebben. Dat heb ik genoeg; de JD is een beetje m’n leven geworden het afgelopen jaar.
Wat zit er zoal in het vat qua politiek output?
Als ik het verder over de media heb, lijkt het me mooi om verder te kijken dan de traditionele kanten. Het is superleuk dat we Léonie veel in talkshows hebben gezien. Dat wil ik zeker doorzetten, maar gecombineerd met een grotere internet-aanwezigheid. Bijvoorbeeld op Twitter. Het doel is -en dat is heel ambitieus- dat we op een gegeven moment zo aanwezig zijn, en zo scherp en onderscheidend in wat we vinden, dat als mensen in de pers of daarbuiten iets horen over D66, of een D66-onderwerp als drugsbeleid, denken: wat vindt de JD daarvan? Dat ze ons opzoeken, in plaats van andersom. Zeker met de gemeenteraadsverkiezingen wordt dat veld super competitief.
Bij het functieprofiel horen ook zaken als het Twitter-profiel beheren. Wat kunnen we daarvan verwachten; meer plaagstootjes en memes of nuance en inhoud?
Ik mag nu al de Twitter van JD Utrecht beheren en dat is even wennen. Daar moet ik wat meer mee gaan doen. Maar als ik naar onze Twitter kijk denk ik dat het soms net iets te veel lijkt op wat we al op Instagram zetten. Twitter is wel echt een heel ander medium. Ik denk zeker op het gebied van pers dat het best een goed platform is om je te bemoeien met het nieuws en meer ad hoc te reageren. Daar sneller op inspelen is een goede manier om je te laten horen.
In het algemeen ben je ook verantwoordelijk voor de pers. Hoe ga jij ons dan beschermen tegen de “Pownewsen” van deze wereld, als een volgend eventueel schandaal zich aandient?
Ik denk dat goede communicatie gewoon heel belangrijk is. En om goede communicatie naar buiten uit te stralen moet je ook intern weten wat er speelt en daar goed over communiceren. Dat doe je sowieso met de rest van bestuur. Je moet weten wat onze lijn ergens over is en dat goed naar buiten brengen. Verder moet je ook gewoon goede bereikbaar zijn en warme lijntjes onderhouden met de relevante mensen in de pers.
Wat is je persoonlijke voorkeur qua communicatie en wat neem je daarvan mee als je de JD vertegenwoordigt?
Je communicatiestijl neem je bewust of onbewust natuurlijk altijd mee. Ik geloof altijd wel dat het weinig zin heeft om een verhaal heel erg te gaan verdraaien. Andersom geloof ik niet dat het je reputatie schaadt om het eerlijke verhaal te vertellen. Zeker bij de JD, waar we een goed verhaal hebben en waar we onze standpunten goed mee kunnen verdedigen. Daar zouden we niet mee in de problemen moeten komen.
Het internationale aspect, ook een onderdeel van je functie, zal onder corona wel wat verwaterd zijn. Hoe wil jij dat als corona-baby weer gaan intensiveren?
Zoiets doe je heel erg in samenwerking met de international officer. Die heeft volgens mij nog steeds heel goed contact met LYMEC en IFLRY. Die samenwerking met hem is daarom heel belangrijk.
In het algemeen denk ik dat als mensen naar de functie extern kijken, ze vooral op de perskant focussen. Het zou me ook niets verbazen als dat het meeste tijd kost. Maar ik ben ook ambitieus over de internationale portefeuille. Extern worden we goed vertegenwoordigt door de international officer, met delegaties onder andere. Maar ik denk dat het intern nog beter kan; de mogelijkheden die je als JD’er hebt zichtbaarder maken. Het gebeurt nu nog net iets te vaak dat mensen er te laat achterkomen dat er een congres plaatsvindt, hoe dat zit met aanmelden en welke kosten je dan maakt. Het cliché is altijd: de JD is een leerschool. Dat is ook zo, maar we zijn vooral een leerschool voor de gemeentepolitiek. Terwijl we mensen ook moeten klaarstomen voor de internationale kant.
Ik hoor het meeste wat je nu vertelt ook voor het eerst, dus in dat opzicht…
Dat is wel een beetje mijn punt. Ik ben zelf nog niet met zo’n congres meegeweest, maar wat ik heb gehoord van de delegaties is dat het super leuk en leerzaam is. Het zou zonde zijn als dat een kliekje blijft. Het lijkt me mooi als er veel aanmeldingen binnenkomen en dan lijkt het me alleen maar gezond dat als er veel aanmeldingen binnen komen, we moeilijke keuzes moeten maken.
Dus mensen teleurstellen is zo ook een doel?
Hahaha, dát heb ik niet gezegd.
Woordvoerderschap zit er al goed in. Wat verwacht je nog meer van komend jaar?
Het is niet mijn functie, maar ik denk dat dit qua gezelligheid een goed jaar wordt voor de JD. Het ziet er goed uit qua corona. Ik heb heel veel zin in congresfeesten en kaderweekenden. Verder zijn de gemeenteraadsverkiezingen ontzettend belangrijk. Dit jaar waren er landelijke verkiezingen en daarom vooral landelijke thema’s. Nu wordt het lokaler en dan lijkt het me leuk om samen met die afdelingen te kijken: waar kunnen we op focussen. Hoe kunnen we die regionale verschillen maximaal benutten om veel in de pers te komen?
‘’Er wordt gezegd: wat voor D66 goed is, is goed voor de JD, maar wat goed is voor de JD is ook goed voor D66.’’
Gijs Toussaint – kandidaat bestuurslid Extern
Heb je zelf nog een politiek thema wat jou het meeste aangaat?
Sinds ik de toeslagenaffaire ben gaan volgen heb ik hele sterke meningen gekregen over hoe we omgaan met schulden in Nederland. Ik denk dat dat een veel menselijker systeem kan worden. Daarnaast zijn er klassieke JD-punten als drugsbeleid en onderwijs waar gemeenten veel mee kunnen doen, en waar we dus mooi de nadruk op kunnen leggen bij de verkiezingen.
Heb je ook een standpunt van de JD waar je je minder in kan vinden?
Vanuit mijn studie ben ik het niet eens met ons standpunt over het defensiebudget. Maar ik wil vooral meer over schulden terugvinden in ons programma. Er is nog niet genoeg aandacht voor de slachtoffers van het systeem. Daar heb ik dan ook wat moties over voor het komende zomercongres.
Uiteindelijk staat niet de JD maar D66 op het ticket bij die verkiezingen. Hoe zie je die samenwerking voor je? Wordt het schenen schoppen of hielen likken?
Ik ben het heel erg eens met het doel: ‘’In elke gemeenteraad een Jonge Democraat’’. De samenwerking met D66 is dan nuttig en logisch. Tegelijkertijd mogen we ook ons eigen geluid laten horen. Er wordt gezegd: wat voor D66 goed is, is goed voor de JD. Maar wat goed is voor de JD, is ook goed voor D66. Die partij heeft er baat bij als er een jongerenpartij is die kan corrigeren als ze fout zitten. Openlijk in de media ruziën heeft voor niemand echt zin, maar door af en toe wel onze stem te gebruiken kunnen we invloed hebben op het partijprogramma. Dat kan via de media en dat kan intern, maar dat moeten we natuurlijk zeker proberen zonder rollebollend over straat te gaan.
Wat wil je leren van komend jaar en waarin hoop je nog verbetering te boeken?
Het is best een nieuwe functie, ook voor mij. Ik ga heel veel dingen doen die ik nog niet eerder heb gedaan bij de JD. Ik zal nog veel moeten leren en daar heb ik evenveel zin in. Schrijven doe ik al, maar op politiek gebied nog wat minder. Ook bij de internationale kant ben ik al met wat mensen gaan bellen toen ik me kandideerde. Ik heb daarvan veel geleerd, en ik denk dat dat volgend jaar alleen nog maar meer wordt.
Verder nog plannen momenteel met de campagne, ook in het licht van het ontbreken van een tegenkandidaat?
Zeker, ik denk dat het belangrijk is dat leden kennis met me kunnen maken in de campagne. Juist omdat we zo’n coronajaar hebben gehad snap ik dat mensen denken; wie is die jongen nou eigenlijk? En daarnaast zal ik mijn concrete plannen gewoon opdelen in mijn functie.
Uit de campagne zelf neem ik ook al veel mee voor de functie. Je moet niet te trots zijn om te erkennen dat sommige mensen, bijvoorbeeld de international officer, en oud-bestuursleden met een vergelijkbaar takenpakket, meer verstand of ervaring hebben. Ik ben niet bang om advies, tips of feedback in te winnen en dat neem ik ook zeker mee in de functie.
Gijs Toussaint is twintig jaar en komt uit Utrecht, waar hij ook woonachtig is. Daar heeft hij – op een paar keuzevakken na – net zijn bachelor Geschiedenis en Internationale betrekkingen voltooid.