20 in de top 20: Laura Neijenhuis

Jongeren moeten een luide stem hebben als het gaat om de uitdagingen van de toekomst. Laura spant zich hiervoor in. Zij staat op plek 62 van de D66-lijst en is momenteel Statenlid in Zuid-Holland. We spreken elkaar via MS Teams, kort na het begin van de volledige lockdown die vooralsnog tot 19 januari 2021 gaat duren. 

Kevin Hoogeveen

Waarom heb je je gekandideerd voor D66 deze Tweede Kamerverkiezingen?

Het was al mijn plan om mij ooit kandidaat te stellen. Het is wel een droom om in de Kamer te komen. Eigenlijk zag ik me deze stap over vier of acht jaar zetten.

Waarom dan toch nu, in deze fase van je leven?

Ik heb voor dit moment gekozen, omdat Sigrid Kaag lijsttrekker werd, de eerste vrouw in een lange tijd. Naar mijn gevoel is er iets gaande. Er is een beweging in de partij op gang gekomen. Hoewel ik niet per se fan ben van #TeamKaag zag ik iets moois ontstaan rond vrouwelijk leiderschap en de toekomst van D66. We gaan een nieuwe kant op na de jaren van Pechtold en Jetten. Ik wil nu meedoen. Ook zitten er weinig jongeren en relatief weinig vrouwen in representatieve organen, dat zie ik in de Provinciale Staten van Zuid-Holland maar ook in de Tweede Kamer. Hier heb ik wel een mening over. Als ik iets vind, moet ik ook zelf in actie komen.

“Ieder kind zou de kans moeten hebben om zich te ontwikkelen. Het is schrijnend dat dit niet voor alle kinderen geldt. De plek waar je opgroeit is nog te vaak bepalend voor je kansen.”

Op welke punten heb jij je geprofileerd om een plek op de lijst te behalen?

Hier zou ik drie punten willen noemen als de belangrijkste: jongerenparticipatie in de politiek, een gezonde en veilige leefomgeving voor iedereen, en een samenleving vol kansengelijkheid. Vanuit mijn werk ben ik veel bezig met ruimte en omgeving. Lange tijd is de ruimte het speelveld geweest van ingenieurs. Zij hebben technisch slimme dingen bedacht, maar mensen moeten ook ergens met plezier wonen. Hier zie je het belang van bewonersparticipatie. Dit geldt in het bijzonder nu er zoveel uitdagingen zijn op dit gebied, zoals het woningtekort en de energietransitie. De plek waar je woont mag geen beperking voor je kansen zijn. Zo moet ook ieder kind de kans krijgen zich te ontwikkelen.

De scouting is iets waar je al lang actief bent. Heeft dit invloed op de kijk die je op bijvoorbeeld dat laatste hebt?

Het idee achter scouting is dat kinderen en jongeren zich ontwikkelen om steeds meer verantwoordelijkheid op zich te nemen en dingen te doen die ze anders nooit zouden durven. Het is meer dan enkel vuurtjes stoken en kompassen knutselen! Ieder kind zou de kans moeten hebben om zich te ontwikkelen. Het is schrijnend dat dit niet voor alle kinderen geldt. De plek waar je opgroeit is nog te vaak bepalend voor je kansen.

Welke drie doelen zou je willen bereiken als Kamerlid?

Er zijn veel manieren om te bereiken wat ik belangrijk vind. Op de eerste plaats moet jongerenparticipatie een belangrijke plek krijgen in beleidsvormingsprocessen. Denk hierbij aan een toekomstcheck door jongeren. Deze vindt dan niet alleen plaats bij “typisch jongerenbeleid” als onderwijs, maar ook bij onderwerpen als klimaat, wonen en energietransitie. 

Verder is de implementatie van de Omgevingswet in de nabije toekomst het belangrijkst als het aankomt op de ordening van de ruimte. De ruimte is in de loop van de tijd steeds meer van gemeente en provincie geworden, minder van het Rijk. Hier stel ik een ministerie voor dat zich richt op een integraal gebruik van de ruimte, concreet: een Ministerie voor de Leefomgeving met een planologische dienst. Hiermee komt de kwaliteit van de leefomgeving écht centraal te staan.

Tenslotte is levenslang leren belangrijk. Hier moeten we nieuwe manieren voor verzinnen. Zo kunnen ook mensen zich omscholen van wie de banen verdwijnen. Er moet altijd een volgende stap mogelijk zijn. En we moeten het belang van non-formele educatie niet vergeten!

In de zomer van 2020 diende je als Statenlid samen met de Zuid-Hollandse SP amendementen in, onder meer ter ondersteuning van de cultuursector. Met welke partijen zou jij graag willen samenwerken als Kamerlid?

Met bijna allemaal! Politiek moet je bedrijven op inhoud. Soms moet je samenwerken met partijen waar je het niet snel van verwacht. Laatst diende ik moties in samen met DENK en de PVV. De vraag is anders wanneer je zou vragen met wie ik in een coalitie zou willen. Dan moet je wat dichter bij het beeld van de partij op de samenleving blijven.

“Als JD-er is het leuk om met een scherper profiel op congressen te zijn. Hier ontkom je even aan het alles dood-nuanceren van D66.”

Wat vind je dan van deze coalitie met de ChristenUnie?

Ik ben zelf katholiek opgevoed, dus ik heb best veel begrip voor mensen die CU en CDA stemmen. Ik weet niet of ik erg blij wordt van de grote rol die geloof bij sommige partijen nog speelt. Hier kun je een goede discussie over voeren. De CU heeft wel een groene agenda, en daar lijkt de partij op D66. De coalitie heeft goede dingen bereikt, dus ik zeg niet per se nee tegen nog vier jaar. Als ik zou mogen kiezen, zou ik wel eens met GroenLinks in zee willen.

Hoe profileer jij je als ‘sociaal-liberaal’?

Hier sta ik voor vrijheid om eigen keuzes te maken. Ik ben geen voorstander van allerlei verboden. Het sociale zit ‘m in het vormen van een vangnet voor mensen die dat nodig hebben. Dit blijkt ook in de Provinciale Staten erg belangrijk, zoals blijkt uit de voorgenoemde cultuurmoties. Cultuur is geen kerntaak van de provincie, maar in deze bijzondere situatie moet je verder durven kijken. Als instellingen die belangrijk zijn voor veel mensen dreigen om te vallen, moet je ingrijpen.

Als JD-er is het bovendien leuk om met een scherper profiel op congressen te zijn. Hier ontkom je even aan het alles dood-nuanceren van D66. Ook dat is profileren.

Wie is je politieke idool?

Hillary Clinton is een heldin. Zij staat midden in de samenleving ondanks alles dat ze heeft meegemaakt. Ze is niet per se van super goede komaf, maar ze heeft gestudeerd en gewerkt en zo een goede plek verworven. Zij is een stuk sociaal-liberaler dan andere Amerikaanse politici. Ze is een inspirerende vrouw.

Frans Timmermans wil ik ook noemen. De manier waarop hij talen gebruikt om politiek te bedrijven en mensen achter zich te krijgen is erg gaaf. Inhoudelijk zijn er verschillen, maar zijn manier van politiek bedrijven is inspirerend. Bovendien is hij ook scout geweest – dat smeedt een band.

Welke meerwaarde heeft een relatief lage leeftijd van een Kamerlid?

Hier wil ik twee kanten belichten. De eerste is die van representativiteit. Het doet veel voor jongeren om iemand op de lijst te zien in wie ze zich kunnen herkennen. Op de D66-lijst staan vier twintigers en een tiener. Jongereninzet is dus zeker nodig. Op de tweede plek is jongerenparticipatie over het algemeen nog slecht geregeld. Daarom is het belangrijk dat er een aantal mensen in de Kamer zit dat gewoon eens hardop zegt waar het op staat voor jongeren. Rob Jetten is nu een van de weinigen in de Kamer. Het zou mooi zijn als er meer jongeren in vertegenwoordigende organen zouden zitten.

“De JD is een goede plek om ervaring op te doen, op je bek te gaan en overeind te krabbelen.”

Hoe denk je over de vertegenwoordiging van jongerenbelangen op de huidige lijst?

Vier twintigers en een tiener is te weinig. Een partij die het aanpakken van de grote uitdagingen van de toekomst als speerpunt heeft moet toch begrijpen dat je hier actief jongeren bij moet betrekken. Over de diversiteit van de lijst kun je van alles zeggen, maar de lijst is geen goede afspiegeling van de leden, Nederland en de politiek waar we voor staan. De lijst is nu al wel beter dan vier jaar geleden, de goede curve zit erin, maar die gaat niet snel genoeg.

Hoe denk je over de “20 in de top 20”-campagne van de JD? Is bereikt wat je ervan verwachtte?

Het was een goede campagne. Vier jaar geleden zat ik in het Landelijk Bestuur van de JD. Toen was er nog een hele discussie over hoe de JD zich zou moeten profileren. Toen was de beslissing: de JD is onafhankelijk van D66 dus er komt geen bemoeienis met interne verkiezingen. De ondersteuning van kandidaten door de JD is vrij nieuw. Dit was de eerste keer dat er een communicatieoffensief is gelanceerd. Het past goed bij de JD. De campagne ging van het positieve uit. Met vijf kandidaten zijn we zes of zeven plekken opgeschoven. Ik ben zelfs twee plekken gestegen. Ook niet-D66-ers hebben de campagne meegekregen. Het is een mooie opstart naar de campagne voor de Tweede Kamerverkiezingen.

Welke boodschap wil jij tenslotte als kandidaat-Kamerlid D66 aan JD-ers geven?

Ik wil een oproep doen: word zelf actief! De JD is een goede plek om ervaring op te doen, op je bek te gaan en overeind te krabbelen. Als je politiek interessant vind: durf!


Laura Neijenhuis (28) woont in Rotterdam. Ze heeft Sociale Geografie aan de Radboud Universiteit te Nijmegen gestudeerd en werkt nu als adviseur planvorming en mobiliteit bij Antea Group (voorheen Oranjewoud), een groot ingenieursbureau. Hier houdt zij zich vooral bezig met de implementatie van de Omgevingswet.

Bron omslagfoto: Laura Neijenhuis

Geef een reactie