Met enige regelmaat duikt de naam van Prins Bernhard Jr. op in het nieuws, onlangs nog toen de PvdA, ongevraagd, een belastingplan naar hem vernoemde. Samen met Wybren van Haga is hij uitgegroeid tot een van dé gezichten van de grote vastgoedinvesteerders in Nederland. Namen als Blackrock, Patrizia en Heimstaden zeggen de meesten echter niets. Gek eigenlijk, de portefeuilles van de Koningshuistelg en de Baudet-vriend zijn namelijk een lachertje vergeleken met wat de écht grote investeerders inmiddels ook in Nederland hebben aangekocht.
Jurgen Verhagen
Om een beeld te krijgen: het wereldwijde vastgoedbezit van Blackstone is inmiddels zo’n 340 miljard dollar waard. Heimstaden is veel kleiner en bezit zo’n 14.000 woningen in Nederland, maar was twee jaar geleden nog niet actief in ons land.
Op Heimstaden na doet de gemiddelde property asset managing hedgefund investor (of afgeleide hiervan) ook niet heel veel moeite om een gezicht te verkrijgen. Sterker nog, de wereld van de grote vastgoedbeleggers is anoniem en lastig te doorgronden. Wooncomplexen worden ondergebracht bij dochtermaatschappijen, wat leidt tot weinig inzicht in de werkelijke grootte van het bezit.
Wereldwijd zijn institutionele beleggers natuurlijk al lang een grote speler. Vastgoed is een veilige sector om je geld in te investeren. Voorheen werd er vooral geïnvesteerd in kantoren en bedrijfspanden, maar de afgelopen decennia hebben beleggers hun toevlucht gezocht op de woningmarkt.
Doordat goedkope huurwoningen op grotere schaal worden opgekocht, komen steeds meer mensen wereldwijd in de knoop.
De aandacht van de belegger is het afgelopen decennium in rap tempo verplaatst van grote kantoorcomplexen naar de woningmarkt. Steeds meer appartementencomplexen en woningen zijn in handen van beleggers gekomen. Telkens met hetzelfde succesverhaal: huren worden verhoogd en onderhoud wordt teruggeschroefd. Waar we in Nederland afspraken hebben gemaakt over een goede huurdersbescherming, zijn die afspraken in veel andere landen niet heel toereikend.
Doordat goedkope huurwoningen op grotere schaal worden opgekocht, komen steeds meer mensen wereldwijd in de knoop. Wanneer zij de huur niet meer kunnen betalen en hun woning al dan niet gedwongen moeten verlaten, zijn er steeds minder alternatieve woningen in de buurt. Dit dwingt mensen soms zelfs om de stad te verlaten, omdat er geen passende woonruimte meer beschikbaar is.
Institutionele beleggers zijn zeker niet het nieuwe grote kwaad. In veel landen zorgen zij voor goede huisvesting en vullen zij belangrijke gaten in de markt op. In Nederland worden met name complexen van woningcorporaties opgekocht, zodat zij weer meer financiële ruimte hebben om hun overige bezit te vernieuwen en te verduurzamen. Dat deze complexen snel veranderen van sociale huur in middeldure huur, is echter wel een belangrijk punt van aandacht.
“steden bestaan niet zomaar uit koud steen en beton, maar uit honderden en duizenden herinneringen, waardoor mensen zich identificeren met die plek.”
Arna Mackic in de documentaire ‘City for sale?’
De leefbaarheid van onze steden staat wereldwijd onder druk. Steden hebben steeds vaker een monocultuur: dezelfde koffiebarretjes, dezelfde young professionals en woningen die verhuurd worden aan toeristen. De oorspronkelijke bewoners trekken hierdoor weg. Het verbeteren van de leefbaarheid is iets goeds, maar gentrificatie kent flinke uitwassen, zeker als het niet meer op wijkniveau, maar op stadsniveau gebeurt en bewoners deze stad uit dwingt.
Wil je meer weten over dit onderwerp? De documentaire Push, terug te kijken als 2Doc op NPO Start, geeft een inkijkje in het werk van Leilani Farha, speciaal rapporteur voor adequate huisvesting namens de Verenigde Naties.
Bron omslagfoto: Mediamodifier via Pixabay