
Ingezonden opinie-artikel van Joris Sauvé, Lisanne van Damme, Justus Weesink, Tim den Hartog, Bob Vermeent
Het COVID-19 virus teistert de wereld. Honderdduizenden doden en een ingestorte mondiale economie zijn het gevolg. COVID-19 lijkt een zoönose te zijn: een ziekte die door contact is overgedragen van dier op mens. Belangrijk voor het dichtbevolkte Nederland met een zeer intensieve veeteelt. Volgens de Verantwoordingsrapportage 2019, van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) delen we onze leefomgeving met meer dan 100 miljoen boerderijdieren, waarvan 45 miljoen leghennen, 42 miljoen vleeskuikens, 12 miljoen varkens en anderhalf miljoen melk- en kalfkoeien. Hierdoor is Nederland een risicogebied voor de uitbraak van zoönosen. Q-koorts in 2007 is een van de bekendste uitbraken. Een bacterie heeft toen aan minimaal 74 mensen het leven gekost. Er zijn sindsdien echter amper maatregelen getroffen.
Toezicht en transport
Zo wordt er volgens het eerdergenoemde rapport van de NVWA bij minder dan 1% van de gehouden dieren inspecties uitgevoerd op het gebied van diergezondheid en slechts 3% als alleen de belangrijkste, meest talrijke veetypen worden meegerekend. Met een betere diergezondheid – bijvoorbeeld door beter eten en meer ruimte voor ieder dier – en meer zicht hierop, komen infecties minder voor en kunnen uitbraken snel de kop in worden gedrukt. Toezicht moet verhoogd worden door hier meer geld voor vrij te maken. Niet alleen is dit beter voor gezondheid van mens en dier, maar ook de goedwillende veehouders worden hierdoor niet oneerlijk weggeconcurreerd door wild west cowboys die de regels aan hun laars lappen.
Volgens de Dierenbescherming worden in Europa jaarlijks 365 miljoen geiten, koeien, schapen en varkens plus 9 miljard pluimvee door Europa vervoerd. Veetransport vergroot hiermee de kans op grotere uitbraken, maar leidt ook tot stress, angst en regelmatig de dood bij de dieren. Veetransport kan worden verminderd door meer regionaal te slachten in plaats van in mega-slachterijen en door een meer gesloten bedrijfsvoering.
Toerisme
Naast de agrarische sector heeft ook de toeristische sector stappen te zetten. TripAdvisor heeft bijvoorbeeld het bezoeken van markten met levende dieren in met name Aziatische en Afrikaanse landen op hun activiteitenlijsten staan. Ook andere reisorganisaties prijzen dit soort markten aan en toeristen bezoeken ze graag. Echter, hier verhandelen en slachten marktlieden veel verschillende dieren onder onhygiënische omstandigheden. Hierdoor wordt zo’n markt de perfecte plek voor verspreiding van zoönosen. Deze markten in het buitenland zullen waarschijnlijk blijven bestaan, maar een negatief bezoekadvies vanuit reisorganisaties en natuurlijk het Ministerie van Buitenlandse Zaken is zeker op zijn plaats.
De wereldwijde en lokale uitbraken van infectieziekten hebben onze ogen geopend op het gebied van de omgang tussen dier en mens. Het stoppen van de verspreiding van zoönosen is belangrijk voor de volksgezondheid, maar dieren zijn niet alleen virusfabrieken. Welzijn van mens en dier zijn beide belangrijk en onze ideeën laten zien dat er genoeg maatregelen mogelijk zijn om beide te bevorderen.
Inzending van Joris Sauvé, Lisanne van Damme, Justus Weesink, Tim den Hartog, Bob Vermeent. Allen zijn lid van de landelijke werkgroep Duurzaamheid.