
Mario van den Eijnde wil het politieke systeem radicaal omvormen. Radicale democratisering is zijn mantra. De 63-jarige directeur van bedrijf Kyoo Studio heeft eerder al meegedaan met de Provinciale Statenverkiezingen en de Tweede Kamerverkiezingen met zijn eigen partij StemNL. Dat werd geen succes, maar zijn idealen zijn niet verandert. Nu hoopt de Helmonder als lijsttrekker van D66 de partij terug te brengen naar de basis van Hans van Mierlo. We hadden het over zijn plannen voor de structuur van de partij, democratische hervormingen en wat er precies verkeerd gaat in het politieke landschap op dit moment.
Rectificatie: helaas werd op 27 juli jl. niet de juiste versie van het interview met Mario van den Eijnde geplaatst. Hieronder lees je de correcte versie.
Waarom wilt u lijsttrekker worden van D66?
Ik wil lijsttrekker van D66 worden, omdat wij terug moeten naar de basis van D66, Democraten 66; “politieke vernieuwing en het middel daarvoor is radicale democratisering”. Inmiddels is D66 vrijzinnig liberaal geworden, links-liberaal of rechts-liberaal, maar het woord democraat komt nergens meer voor in onze betogen en argumenten. Dus waarom wil ik lijsttrekker worden? Om ervoor te zorgen dat D66 gaat doen waar het voor staat: zorgen voor een maximale betrokkenheid van de burger. Wanneer ik lijsttrekker wordt, gaat er een volksvertegenwoordiging in de kamer zitten. Die volksvertegenwoordiging gaat voortdurend peilen in de samenleving via de verschillende fractieleden, die een achterban vertegenwoordigen en een verantwoordelijkheid hebben om voortdurend te blijven toetsen wat de mening is van hun kiezers en de mening van de leden in hun thema-afdelingen.
Wat denkt u met D66 wel te bereiken wat u met uw eigen partij, StemNL, niet bereikte?
Zes jaar geleden dacht ik: zal ik stoppen met stemmen of ga ik er iets aan doen? D66 was toen met Alexander Pechtold in een stijgende lijn. D66 was op dat moment dus geen optie, Dus ik richtte mijn eigen partij op genaamd StemNL. StemNL had hetzelfde doel als Hans van Mierlo in 1966, dus ik wilde dat opnieuw op de voorgrond zetten.
Vraag, Daan: wist jij dat StemNL er überhaupt was en dat wij meededen met de Tweede Kamerverkiezingen?
Voordat ik onderzoek deed? Nee.
En samen met jou iets van 13 miljoen Nederlanders. Wanneer er geen aandacht voor je is in de media, weet men niet dat je meedoet en dan gaan ze ook niet op je stemmen.. Het resultaat van StemNL was dus teleurstellend. We zijn gaan evalueren en dachten we moeten iets anders gaan doen. Op dat moment trad Alexander Pechtold af en ben ik lid geworden van D66 met maar één doel: uiteindelijk lijsttrekker worden van D66 om D66 terug te brengen naar de basis.
Bij StemNL had u het plan om de achterban direct te laten stemmen over beleid, bent u zoiets weer van plan als u lijsttrekker bent?
Zeker. In principe is het zo dat bij een voor-of-tegenstelling je eerst moet weten waar het over gaat. De informatievoorziening moet goed zijn. Als we één ding geleerd hebben van het Oekraïne-referendum en het Sleepwet-referendum is dat wij van slechte informatie zijn voorzien. Dus dat moet beter.
Denkt u dat de Nederlandse kiezer goed genoeg geïnformeerd en genoeg geïnteresseerd is om constant aan referenda deel te nemen?
Dat zijn twee verschillende vragen. Goed geïnformeerd? Nee. We zijn natuurlijk heel erg afhankelijk van de media, de kranten, de tv of het internet. Het is natuurlijk altijd zo dat je een gekleurde mening meekrijgt. Het is belangrijk dat er een medium komt wat zorgt voor feitelijkheden. Een WikiNederland noem ik het maar even.
“Het Oekraïne-referendum had eigenlijk één niveau hoger getild moeten worden. We hadden ons moeten afvragen: wat is nou het profiel van een land dat wel of niet bij de Europese Unie mag toetreden.”
Mario van den Eijnde
De tweede vraag, de interesse: ik ben het natuurlijk wel met je eens dat de frequentie zijn limiet kent. Maar ik gebruik even als voorbeeld het Oekraïne-referendum. Het Oekraïne-referendum had eigenlijk één niveau hoger getild moeten worden. We hadden ons moeten afvragen: wat is nou het profiel van een land dat wel of niet bij de Europese Unie mag toetreden. Dan hoef je het maar één keer te vragen in de vorm van een referendum en dan hoeven we niet elke keer bij elk land hetzelfde referendum te houden. We moeten de burgers dus goed informeren, en de frequentie aan referenda limiteren.
Wat ik van u begrijp is dat u vindt dat er meer referenda moeten komen, maar over meer abstracte onderwerpen. Komt dat uit een idee voort dat op dit moment de partijen niet meer goed het volk vertegenwoordigen in hun beleid?
Ze vertegenwoordigen het niet.
Is het dan de oplossing om meer referenda door te voeren, of om meer representatieve partijen te creëren?
Representatieve partijen vind ik prima, wat mij betreft zijn er 150 partijen (kamerzetels red.). Ik ben niet tegen meer partijen als ze maar bevolkingsgroepen vertegenwoordigen.
En referenda? Zo vaak als moet. Een peiling van een fractielid aan zijn achterban is overigens ook een referendum. Het belangrijkste is dat we de mening van de samenleving vertegenwoordigen.
U bracht net Forum op. Het politieke landschap bestaat nu uit steeds meer partijen die eigenlijk best klein zijn. Een coalitie met veel partijen is dan een reële mogelijkheid. Als u lijsttrekker zou zijn zou u dan samenwerking met partijen zoals de PVV of Forum voor Democratie uitsluiten?
Ten eerste: je kunt van Thierry vinden wat je wilt en je kunt van Wilders vinden wat je wilt, maar ze vertegenwoordigen wel een groot aantal kiezers. Die mag je niet uitsluiten.
“In de afgelopen dertig jaar hebben we nogal wat hervormd, de zorg, het onderwijs enzovoort. Ik kan je zeggen dat we er alleen maar slechter op zijn geworden.”
Mario van den Eijnde
Ten tweede over de coalitie: ik ben niet voor een meerderheidscoalitie. Het verkiezingsspel zoals dat nu gespeeld wordt is dat we komend voorjaar naar de stembus gaan, dan kiezen de kiezers voor een partij, daar rolt dan een bepaalde zetelverdeling uit en dan gaan er coalitievorming plaatsvinden. We weten inmiddels dat dat een kwartetspel is en na de coalitievorming heb je de oppositie buiten spel gezet en kun je vier jaar lang als coalitie doen wat je wilt. Je hebt daarnaast ook jezelf als partij compleet vastgelegd op alle andere punten die niet in jouw partijprogramma staan.
Dus, het stelsel van meerderheidscoalitie vind ik een verkeerde organisatievorm. Het leidt tot de mogelijkheid op verkeerde keuzes en slechte projecten. In de afgelopen dertig jaar hebben we nogal wat hervormd, zoals de zorg, het onderwijs et cetera. We zijn er denk ik alleen maar slechter op geworden. We moeten kiezen voor een andere structuur.
Geschreven door: Daan Meershoek