Op een rustige zaterdagochtend belden Puck en ik elkaar. Het gesprek was een stuk langer aangezien we veel te bespreken hadden over geschiedenis en musea. In dit interview vertelt Puck in ieder geval haar ideeën en plannen voor het komende jaar.
Kun je wat vertellen over hoe je bij de JD bent gekomen?
Ik ben bij de Jonge Democraten gekomen toen ik 16 was. Ik was toen al geïnteresseerd in de politiek en wilde er meer mee gaan doen. Eerst in Amsterdam, want daar kom ik vandaan. Mijn eerste activiteit was de Algemene Afdelings Vergadering, met verkiezingen voor het nieuwe bestuur. Ik vond het zo eng dat ik niet eens naar binnen durfde. Uiteindelijk ben ik vrijwel naar binnen gesleurd door Jasper en bleek iedereen heel aardig te zijn. Ik ben toen blijven hangen. Anderhalf jaar verder deed ik eindexamen en ben ik in Groningen geschiedenis gaan studeren. Daar ben ik nu anderhalf jaar actief en ben sinds dit jaar ook voorzitter in het afdelingsbestuur. In eerste instantie dacht ik dat het vooral zou gaan om vergaderen, maar het is zoveel meer dan ik had gedacht. Het contact met je bestuur en leden is heel leuk en ik heb er echt veel van geleerd.
“Ik verheug mij op het samenwerken in kleine groepjes om activiteiten op te zetten.”
Waarom heb je je kandidaat gesteld voor de functie van bestuurslid organisatie?
Ik heb het afgelopen jaar als voorzitter bij alle functies kunnen meekijken. De praktische kant van het organiseren vind ik het leukste. Politiek is interessant, maar het beste voor mij is dat ik iets kan doen en dat je aan het einde ziet wat je gepresteerd hebt. Je kunt dan kijken of iets goed ging en daar kan je weer lessen uit trekken. Ik merkte dat ik zelf binnen mijn huidige bestuur het meeste naar deze functies neigde. Het liefste ging ik helpen met de praktische kant. Bestuurslid organisatie sluit het beste aan bij de dingen die ik leuk vind om te doen in het bestuur. Ik verheug mij op het samenwerken in kleine groepjes om activiteiten op te zetten. We hebben met z’n allen veel kennis en vaardigheden. Het komende jaar kan ik hier veel van leren.
Welke vaardigheden moet een goed bestuurslid organisatie volgens jou hebben?
Je moet gestructureerd zijn. Je moet goed kunnen plannen en niets vergeten. Ik denk dat ik die eigenschappen heb, want ik heb mijn zaken op orde en zie weinig over het hoofd.
Contact met de afdelingen onderhouden is een andere belangrijke vaardigheid. Het openstaan om benaderd te worden en mensen zelf actief benaderen over waar ze behoefte aan hebben. Een bestuurslid organisatie moet het niet eng vinden om die stap te zetten. Eigenlijk moet je gewoon enthousiast zijn om het te gaan doen.
“Iedereen “loopt” digitaal bij andere afdelingen binnen. Het is heel mooi om te zien dat we niet stil zitten in deze tijd.”
Wat gaat voor jou de grootste uitdaging worden tijdens het bestuursjaar?
Ik begin bij hoe we er in deze tijd voor staan. Het is nog onduidelijk hoe we volgend jaar vorm kunnen geven. Ik wil niet bij de pakken neer gaan zitten. We zien nu dat we door de digitale activiteiten toch heel actief kunnen zijn. We zijn actiever dan ooit. Iedereen “loopt” digitaal bij andere afdelingen binnen. Het is heel mooi om te zien dat we niet stil zitten in deze tijd.
We hebben nu nog geen goed perspectief wanneer we wel iets buiten de deur kunnen gaan doen. Als bestuur moeten we dus wel gaan nadenken waar we onze prioriteiten gaan leggen. We moeten ervoor waken dat we, wanneer we weer naar buiten mogen, niet te veel activiteiten hebben of juist in een zwart gat vallen omdat we niet kunnen kiezen wat we wel en niet doorschuiven. Daar moeten we keuzes in gaan maken.
Mijn persoonlijke uitdaging is dat ik als voorzitter gewend ben om mij overal mee te bemoeien en overal iets van te vinden. Dat moet ik volgend jaar niet doen. In het begin zal dat onnatuurlijk voelen, maar ik verwacht dat dit vanzelf goed gaat.
Wat zou jij als bestuurslid organisatie het komende jaar willen bereiken?
Ik denk dat we terug kunnen kijken op een mooi jaar als mensen qua activiteiten niet door hebben gehad dat we elkaar niet mochten zien. Daar zijn we al heel goed mee bezig en we mogen trots zijn als we dat door kunnen zetten.
“Ik heb erover nagedacht om het LB te doen vanuit Groningen, maar dat leek mij niet van toegevoegde waarde.”
Hoe gaat jouw leven naast het Landelijke Bestuur eruit zien?
Ik ga in Delft wonen en in Leiden een minor Journalistiek doen. Het idee is om de 30 punten van die minor te verdelen over één jaar zodat ik daarnaast mijn taken voor het LB kan doen. Mijn studie gaat goed, dus ik denk dat ik dit aankan. Mijn aandacht ligt bij het LB, en mocht het met studie toch niet lukken kan ik het later inhalen. Ik heb erover nagedacht om het LB te doen vanuit Groningen, maar dat leek mij niet van toegevoegde waarde. Het lijkt mij handig om in de buurt te zijn van waar alles gebeurt. Na het aankomende jaar wil ik weer terug naar Groningen.
Wat zijn jouw ambities na dit bestuursjaar?
Ik heb geen politieke ambities. Ik vind het interessant, maar inmiddels weet ik dat het momenteel niet echt iets voor mij is. Daarom heb ik ook voor bestuurslid organisatie gekozen. Ik heb nog geen duidelijk gedefinieerd toekomstbeeld. Het is niet dat ik over 14 jaar minister president wil zijn en precies weet wat ik daarvoor moet gaan doen.
Momenteel is mijn ambitie om zo lang mogelijk door te studeren. Ik vind mijn studie erg leuk en haal daar veel energie uit. Ik wil in Groningen na het bestuursjaar een onderzoeksmaster gaan doen.
Geschreven door: Jetske Steenstra