Er zijn verschillende eigenschappen die over het algemeen worden toebedeeld aan Nederlanders. Hierbij kun je denken aan de ongelofelijke gulheid waar Nederlanders bekend om staan, of aan de stapels kruiden en specerijen die Nederlanders gebruiken tijdens het koken. Een andere eigenschap die veel genoemd wordt is de directheid van Nederlanders. Vraag een internationale student naar dingen die hem of haar zijn opgevallen in de omgang met medestudenten uit ons lage landje, en directheid zal één van de eerste dingen zijn die hij/zij noemt. Waarom komt dit vandaan?
De directheid van Nederlanders komt op verschillende niveaus voor, waaronder op de werkvloer. Hoogleraar Erin Meyer, die het boek The Culture Map heeft geschreven, heeft onderzoek gedaan naar culturele verschillen tussen zakenmensen. Uit zijn onderzoek blijkt dat Nederlanders er vaak in extreme zin uitspringen. Een voorbeeld is bij het geven van negatieve feedback. Nederlanders zijn over het algemeen gewend negatieve feedback heel direct te geven. Dit kan botsen met zakenmensen uit andere landen, die dit niet gewend zijn. Daarnaast zijn Nederlanders op de werkvloer heel resultaatgericht. Waar het in andere culturen gebruikelijk is eerst uitgebreid kennis te maken en meerdere keren te gaan dineren, zijn Nederlanders over het algemeen gericht op direct zakendoen. Nederlanders gaan recht op hun doel af en kunnen snel schakelen, zo stelt Nanette Ripmeester, auteur van het boek Looking for work in the Netherlands.
Dat deze directheid niet enkel op de werkvloer voorkomt, legt Katlheen Lotze uit. Zij is vanuit Oost-Duitsland naar Nederland verhuist, en verteld in Trouw hoe zij deze directheid heeft ervaren. Voormalig Oost-Duitsland was natuurlijk bij uitstek een plaats waar mensen zorgvuldig hun woorden kozen. Het was voor Kathleen dan ook wennen om te gaan met dingen als ‘als je iets wil, dan vraag je het gewoon’ en ‘nee heb je, ja kan je krijgen’.
De Nederlandse directheid heeft veel voordelen volgens Lotze. Als voorbeeld geeft ze het aanvragen van reiskostenvergoeding. Waar ze eerder twee kantjes nodig had en rekening hield met positie en de eventuele gevoelens van de geadresseerde, kan ze die vergoeding nu gewoon in één zin aanvragen. Nederlanders zijn sneller geneigd voor zichzelf op te komen, en omdat Nederlanders mogen zeggen wat ze denken, kunnen zij zichzelf ook beter ontplooien, zo stelt Lotze. Deze directheid kent echter niet enkel voordelen. Zo is het ook goed mogelijk dat directheid omslaat in botheid. Nederlanders beseffen lang niet altijd dat sommige mensen deze directheid niet gewend zijn, en dat ze erdoor gekwetst kunnen worden.
Dat je directheid aan de meeste Nederlanders zou kunnen toeschrijven is duidelijk, maar waarin vindt dit haar oorsprong? Volgens Pieter Pekelharing, oud docent politieke filosofie aan de UvA, moeten we daarvoor terug naar de 18de eeuw. Hij stelt dat Nederland, in tegenstelling tot de meeste andere Europese landen, al een eeuw voor de Franse Revolutie een cultuur van burgerlijkheid kende. In tegenstelling tot de meeste andere Europese burgers, die als ‘horigen’ leefden onder het feodale stelsel en zichzelf afhankelijk achtten, waren Nederlanders er trots op dat ze alle standsverschillen hadden afgeschaft. Mede door de strijd tegen het water hadden Nederlanders geleerd hun eigen boontjes te doppen. De hele gemeenschap was gezamenlijk verantwoordelijk voor de defensie tegen het water. Dat zorgde voor een gevoel van zelfredzaamheid, maar voornamelijk het besef dat ze door wederzijdse afhankelijkheid gelijken waren. Deze gelijkheid zorgde er mede voor dat de Nederlanders directer met elkaar om konden gaan, iets wat we nu, vele jaren later, nog altijd zien.
Of directheid nou écht iets Nederlands is kun je natuurlijk betwisten. De historische verklaring voor de aanwezigheid van directheid in de omgang met Nederlanders is echter aanwezig. Vele jaren geleden is de basis gelegd voor een omgangsvorm waar Nederlanders ook in 2020 nog altijd bekend om staan. Directheid vind je in veel verschillende vormen terug, zowel op de werkvloer als privé. Of het echter altijd gewaardeerd wordt, is een tweede.
Geschreven door: Jeffrey Eelman