Op 20 maart is het weer zover, want op die dag mag er weer worden gestemd en wel voor de Provinciale Staten. Dit is niet een verkiezing waar veel mensen warm voor lopen en dat is wel te zien aan de opkomstcijfers. Bij de Provinciale Statenverkiezing in 2015 was het opkomstpercentage niet hoger dan 47,8% en dat terwijl de Provinciale Statenverkiezingen erg belangrijk kunnen zijn voor de Nederlandse politiek. Dit heeft er mee te maken dat de leden van de Provinciale Staten op hun beurt weer de leden van de Eerste Kamer kiezen. Aangezien veel mensen niet weten hoe dit precies in elkaar zit, biedt de DEMO bij deze een opfriscursus Eerste Kamerverkiezingen!
Geschiedenis
Dat Nederland een tweekamerstelsel kent is algemeen bekend. Ook over hoe de Tweede Kamer wordt gekozen bestaat over het algemeen weinig twijfel. Hoe de Eerste Kamer wordt gekozen, is echter een stuk onbekender. Om dat goed uit te leggen, kijken we eerst even naar de geschiedenis.
In 1848 werden voor het eerst de Eerste Kamerleden gekozen. Daarvoor benoemde de koning de leden voor het leven, niet iets waar de meeste JD’ers tegenwoordig blij mee zouden zijn. In 1848 werd bepaald dat de Provinciale Staten de leden van de Eerste Kamer zouden kiezen.
Door de jaren heen is een hoop veranderd in de procedure van het kiezen van leden van de Eerste Kamer. Onder andere de zittingsduur en de hoeveelheid stemmen die nodig was zijn verschillende keren veranderd. Ook is het ledenaantal van de Eerste Kamer veranderd, van ongeveer 30 tot de 75 die we nu hebben. In 1983 werd besloten dat alle leden voortaan om de vier jaar tegelijkertijd door alle provincies zouden worden gekozen, zoals dat momenteel nog het geval is.
Getrapte verkiezingen
In Nederland kiezen via directe verkiezingen 570 Provinciale Statenleden, maar indirect ook een nieuwe Eerste Kamer. Want de statenleden stemmen op hun beurt voor de leden van de Eerste Kamer. Dit gebeurt vaak binnen drie maanden na de provinciale verkiezing. Als je stemt voor de provincie, stem je dus indirect ook voor de Eerste Kamer.
Alle provinciale statenleden hebben één stem, die ze op ongeveer dezelfde manier uitbrengen als dat burgers doen bij gewone verkiezingen. Zo wordt ook hier anoniem gestemd. Niet elke stem van een Provinciale Statenlid weegt echter even zwaar. Bij het bepalen van hoe zwaar een stem weegt, de zogeheten ‘stemwaarde’, wordt gekeken naar het aantal inwoners dat een provincie heeft. Het inwoneraantal van een provincie wordt gedeeld door het honderdvoud van het aantal Statenleden van een provincie. De stem van een Provinciale Statenlid uit een provincie met veel inwoners weegt dus zwaarder dan die van een Provinciale Statenlid uit een provincie met weinig inwoners. Zo woog in 2015 een stem van een Provinciale Statenlid uit Zuid-Holland ongeveer zes keer zo zwaar als een stem van een Provinciale Statenlid uit bijvoorbeeld Flevoland of Zeeland.
De verdeling van zetels in de Eerste Kamer is nog niet meteen te maken na de uitslag van de Provinciale Statenverkiezing. De statenleden stemmen anoniem. Van statenleden die een landelijke partij vertegenwoordigen wordt verwacht dat ze ‘gewoon’ op hun eigen partij stemmen. Het is hierbij gebruikelijk om op de lijsttrekker te stemmen. Statenleden van landelijke partijen stemmen echter niet altijd op hun eigen partij. Zo kan het zijn dat een partij al ruim voldoende stemmen heeft voor een bepaald aantal zetels, en niet wil dat de restzetel bij een tegenpool terecht komt. Dan kan ervoor worden gekozen om een andere partij te steunen, en deze zo aan een extra zetel te helpen. Dat kan deze verkiezingen onderling in de coalitie bijvoorbeeld ook gebeuren.
In het verleden hebben kleine verschillen in de stemmingen vrij grote gevolgen gehad. Zo stemde afgelopen Eerste Kamer verkiezing een statenlid van D66 met een blauwe pen, in plaats van een rood potlood. Zijn stem werd ongeldig verklaard, en dit resulteerde erin dat D66 een zetel minder kreeg in de Eerste Kamer.
Dan heb je ook nog statenleden die geen lid zijn van een landelijke partij. Zij kiezen vaak een partij waar zij zelf het dichtste bij staan. Zo wordt er verwacht dat verschillende ouderenpartijen in de provincies voor 50PLUS zullen stemmen in de Eerste Kamer. Ook is er in de Eerste Kamer de partij de Onafhankelijke Senaatsfractie. Dit is een samenwerkingsverband van verschillende lokale partijen. Deze partij heeft momenteel één zetel in de Eerste Kamer.
Coalitie
Het kiezen van de leden van de Eerste Kamer gaat dus op een andere manier dan bijvoorbeeld bij het kiezen van leden van de Tweede Kamer. In maart stemmen de Nederlandse burgers voor de leden van de Provinciale Staten, die op hun beurt weer de leden van de Eerste Kamer kiezen. De Provinciale Statenverkiezing en daarmee dus de Eerste Kamerverkiezing van 2019 zijn belangrijk. Zo ziet het er naar uit dat de coalitie haar meerderheid gaat verliezen. Wie dan het tekort aan zetels moet gaan opvullen, is nog maar de vraag.
Geschreven door: Jeffrey Eelman
Foto Wikimedia Commons